Patronen in de popmuziek: Millennial whoop en four chord song

Millennial Whoop

Oorspronkelijk verschenen in Musicmaker #441:

Millennial Whoop
Als je de afgelopen periode een beetje bij bent gebleven met de hitparades, is het je wellicht opgevallen dat in steeds meer popnummers het refrein alleen nog maar bestaat uit ‘wha-oh-oh’-geluiden, afgewisseld met een paar ‘sha-la-la’s. Op zichzelf is dit geen nieuw verschijnsel, want The Beatles maken in nummers zoals Hey Jude ook eindeloos gebruik van ‘na-na-na-na-hey-jude’ en Blur had in de jaren ’90 een monsterhit met het nummer Song 2. Wat echter wel op valt aan de recente ontwikkelingen, is dat veel nummers naast het gebruik van ‘wha-oh-oh’-geluiden, ook nog eens gebruik maken van precies dezelfde melodie. Luister maar eens naar California Gurls van Katy Perry ft. Snoop Dogg en vergelijk dit met Good Time van Owl City & Carly Rae Jepsen.

Het was de Duitse muzikant Patrick Metzger die dit fenomeen, dat hij Millennial Whoop doopte, een paar weken geleden aankaartte in een blog. Met het woord millennial refereert Metzger aan de generatie jongeren die geboren is in de jaren ’80 en ’90. De term millennial is bedacht door de Amerikaanse academici William Strauss en Neil Howe. Over het algemeen worden hiermee de opvolgers van de bekende Generation X bedoeld welke in de jaren ’90 vooral luisterden naar bands zoals Nirvana en Pearl Jam en weinig vooruitzicht hadden op een goede baan en toekomst in Amerika. In tegenstelling tot deze generatie, groeiden de millennials op aan het begin van de eenentwintigste eeuw met de muziek van Alicia Keys en Fall Out Boy.

Het viel Metzger op dat veel van deze artiesten gebruik maken van een melodie bestaande uit een opeenvolging van een reine kwint en grote terts in een majeurtoonsoort. Meestal komt de whoop voor in het refrein, of vlak daarna. De zanger(es) maakt veelal ‘oh oh’ of ‘Wha-oh-wha-oh’ geluiden. Let er maar eens op als je naar de radio luistert, er is bijna geen ontkomen aan!

Eigenlijk is de millennial whoop helemaal geen nieuw fenomeen. De westerse muziek zit er vol mee. Van Bach tot Justin Bieber, iedereen gebruikt het. Ook is het in alledaagse zaken terug te vinden, zoals de manier waarop wij tegen baby’s praten, het zogenaamde infant-directed-speech maakt veelvuldig gebruik van dezelfde melodieën. Dit helpt misschien te verklaren waarom we deze melodieën zo lekker vinden klinken in onze muziek.

Never change a winning team
Popmuziek maakt graag gebruik van bestaande patronen, zoals akkoorden schema’s of ritmische patronen. Onbewust liggen nieuwe nummers zodoende erg lekker in het gehoor omdat je het als luisteraar eigenlijk al eens eerder hebt gehoord. Hierdoor hebben die nummers een bijna gegarandeerde hitpotentie.

Niet alleen melodische patronen worden vaak hergebruikt, ook harmonisch gebeurd er in veel nummers precies hetzelfde. De Australische band Axis of Awesome heeft er een sport van gemaakt zo veel mogelijk liedjes achter elkaar te zingen, die dezelfde harmonische progressie gebruiken, namelijk de I-V-vi-IV progressie.

In vroeger tijden, aan het begin van het ontstaan van de popmuziek, maakte men in Tin Pan Alley graag gebruik van dezelfde compositievorm. Deze kennen we als de AABA vorm, maar is misschien beter bekend als de 32-bar vorm. Bij deze compositievorm worden de A-secties afgewisseld met een B-sectie als bride. De bridge heeft als functie een melodisch of harmonisch contrast te veroorzaken ten opzichte van de A secties. Enkele bekende voorbeelden zijn Deck the Halls of Over the Rainbow van Judy Garland. Maar ook meer recentere voorbeelden zoals Something van The Beatles zijn volgens deze vorm gecomponeerd.

Al met al zou je kunnen zeggen dat alles binnen de popmuziek al eens een keer eerder gedaan is, maar de uitdaging is juist om het elke keer toch net weer even iets anders te doen. Bijvoorbeeld door een andere liedtekst of instrumentatie te gebruiken. En ach, zo erg is het toch ook eigenlijk niet. Als iets lekker klinkt, waarom zou je het dan zelf niet gebruiken, never change a winning team!